Geen samenwerkingsverbod kleding-franchisenemer in kort geding

04-11-2024 | franchisenemer, non-concurrentiebeding, rechtspraak

De Voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag wees eind oktober 2024 een vonnis over een conflict tussen een kledingproducent en een aangesloten ‘agent/franchisehouder’, met daarin onder meer non-concurrentie- en geheimhoudingsbedingen.

In deze zaak komt aan bod: is de betreffende ‘agent/franchisehouder’ vrij om samen te werken met een andere opdrachtgever ondanks de geldende non-concurrentie- en geheimhoudingsbedingen?

 

Franchise- en agentuurovereenkomsten

Tussen de kledingproducent en de handelsagent/franchisenemer bestaan vier handelsovereenkomsten.

De kort geding rechter oordeelt dat de vorderingen van de kledingproducent tot het verbieden samen te werken met een andere opdrachtgever niet worden toegewezen.

De rechter oordeelt dat in deze casus niet valt uit te sluiten dat de kledingproducent aanvankelijk wel degelijk ermee instemde dat de agent/franchisenemer met de betreffende andere opdrachtgever ging samenwerken, maar daarvan is teruggekomen. Dit mogelijk met het oog op een beëindiging van de overeenkomsten zodat dat daarvoor de afgesproken vergoedingen aan de agent/franchisenemer zouden behoeven te worden betaald. Dat scenario heeft de agent/franchisenemer aan de rechter geschetst.

 

Toets in kort geding

De Voorzieningenrechter oordeelt dat een kort geding zich niet leent voor nader onderzoek naar de feiten. En dat  ‘zonder nader onderzoek naar de feiten – bijvoorbeeld een getuigenverhoor –‘ in deze zaak niet valt vast te stelllen wat er precies tussen partijen is besproken voorafgaand aan de rechtszaak en in hoeverre de agent/franchisenemer daar op heeft mogen afgaan. Omdat daarover geen duidelijkheid bestaat, voerde het, mede gelet op alle betrokken belangen, te ver om de gevraagde eisen/voorzieningen in kort  geding toe te wijzen.

Tot slot

Dat een Voorzieningenrechter in kort geding in een franchisekwestie de vorderingen afwijst omdat nader onderzoek naar bepaalde feiten of omstandigheden nodig is, is vaker onderwerp geweest van een rechtspraak-toelichting, zie bijvoorbeeld dit dit bericht over een kort geding vonnis uit 2023.

Het blijft opletten bij een kort geding over een franchise non-concurrentiebeding geschil. Heb je hier vragen over, neem dan gerust contact op met franchiseadvocaat Jorg van de Peppel.

 

Lees de gehele uitspraak hier:

Rechtbank Amsterdam, datum uitspraak 25-10-2024, datum publicatie 31-10-2024, ECLI:NL:RBAMS:2024:6549

Over de auteur

Jorg van de Peppel
Advocaat bij De Franchise Advocaat. 

Met mijn kennis en ervaring denk ik voor franchisegevers en franchisenemers in juridische oplossingen voor hun franchiserecht vraagstukken.